Schoenadvies
Gemiddeld loopt een mens 100.000 km in een mensenleven. Dat is meer dan 2 keer de wereld rond! Het dragen van goede schoenen is dus altijd belangrijk, niet alleen bij hielspoorklachten. Goede schoenen zijn juist bij hielspoor of peesplaatklachten extra belangrijk. Een slappe schoen geeft extra spanning op de peesplaat. En dat is dus juist wat u niet wilt bij deze klachten.
Let voor het kopen van goede schoenen op de volgende aspecten van de schoen.
- Stijve loopzool
Een loopzool die niet stevig genoeg is zorgt ervoor dat de peesplaat hard moet werken. Dan staat er dus veel spanning op. Hierdoor ontstaat er te veel trekkracht op de hiel. Dat is nadelig voor het herstel van de klachten.
Bij een dergelijke zool ligt het buigpunt te ver in het midden van de schoen. Dit geeft sneller en langer spanning op de peesplaat. Het beste is dat het buigpunt van de schoen op de ballijn van de voet ligt. Ook is het daarbij van belang dat de buiging niet te soepel is. Bij te veel buiging ontstaat langer voorvoet contact. Hierbij duurt de afwikkeling langer, dat geeft ook weer teveel spanning op de peesplaat.
Groene pijl is goed
Rode pijl is Fout
- Hak van de schoen
Het is belangrijk dat de hak van de schoen niet te laag is. Ook dit geeft teveel spanning op de peesplaat bij lopen.
De zool van de achtervoet moet ongeveer 2 cm hoger zijn dan het buigpunt bij de voorvoet. Dit om de bewegingsvrijheid in het enkelgewricht te vergroten.
Let daarnaast op de hardheid van de hak. Dit is een lastige want zowel een te harde als een te zachte hak is niet gewenst. Een te harde hak onder de schoen kan een snelle kanteling geven van uw hiel. Dit geeft te veel spanning op de peesplaat. Een te zachte hak geeft instabiliteit waardoor de peesplaat weer te hard moet werken.
- Contrefort
De achterzijde van de schoen wordt het contrefort genoemd. Een stevig contrefort geeft stabiliteit aan de voet. Deze mag dus niet te slap zijn en moet de hiel goed omsluiten. Een contrefort dat niet stevig is zorgt voor instabiliteit. Dat geeft zoals al eerder aangegeven spanning op de peesplaat.
Als u een smalle hiel en een brede voorvoet heeft, zorg dan dat u schoenen draagt met een gebroken leest. Een gebroken leest is een leest met een smalle hiel in combinatie met een bredere voorvoet.
- Binnenzijde van de schoen
Daarnaast is voldoende steun aan de binnenzijde van de schoen belangrijk. Hierdoor kan de voetboog/enkel niet naar binnen kantelen. Bij onvoldoende steun zorgt deze kanteling voor het oprekken van de peesplaat, wat te veel spanning geeft. Het dragen van goede steunzolen zorgt ervoor dat de voetboog/enkel niet naar binnen zakt.
Soms wordt gedacht dat een stevige schoen niet nodig is als men steunzolen heeft. Dit is echter niet het geval! Een adequate schoen in combinatie met goed aangemeten steunzolen biedt altijd het beste resultaat.
- Breedte van de loopzool
Een te smalle loopzool zorgt ervoor dat de voet en de enkel naar binnen kantelen. Dit zorgt voor instabiliteit. De peesplaat moet ook in deze situatie te hard werken waardoor er te veel spanning ontstaat.
- Breedte van de schacht
Een schoen die niet goed aansluit, waarbij u de veters te strak moet strikken en er plooien in de schoen ontstaan is niet goed voor de voet. Hierdoor kan de voet gaan schuiven in de schoen waardoor de tenen gaan klauwen om stabiliteit te krijgen. Dit geeft indirect weer spanning op de peesplaat.
- Let op de lengte van de schoen
De schoenen moeten aan de voorzijde van de langste teen ongeveer 1 cm extra lengte hebben. Dit is nodig voor een optimale afwikkeling. Als deze ruimte er niet is dan zorgt dat voor een beperkte afwikkeling. Dat geeft indirect ook weer spanning op de peesplaat.
ongeveer 1 cm ruimte vóór de langste teen.
- Schoenen met vetersluiting Ons advies is om schoenen te dragen met een vetersluiting. Zo’n schoen geeft meer steun en stabiliteit dan het dragen van bijvoorbeeld schoenen met een klittenbandsluiting, instappers, slippers of sandalen. U heeft eerder al kunnen lezen dat het belangrijk is om te veel spanning op de peesplaat te voorkomen.